Trouw:
In zijn jongste verhalenbundel voert Dautzenberg de zoekende zwerver Tamalone op, afkomstig uit nota bene de bijna vergeten Van Schendel-romans Een zwerver verliefd en Een zwerver verdwaald. Ouderwetse Nederlandse zwerversromantiek als inspiratiebron, je bevroedt natuurlijk direct dat Dautzenberg de lezer opnieuw in het ootje neemt, want hij goochelt nu eenmaal met genres, stijlen en stemmingen. […] Misschien heeft Dautzenberg deze wereldvreemde romanticus bedoeld als contrapunt van al dat ‘Bloed, ongemak, vervreemding’ waarmee de schrijver in het verhaal Een cascade van stroperig rood zijn eigen thematiek lijkt aan te duiden en die vooral in al die op straat gehoorde dialogen aan bod komt. […] Pittige praat maar meer gepresenteerd als flarden uit het leven van alledag dan als opruiende tekst. Hoe we het allemaal moeten duiden laat Dautzenberg aan de lezer zelf over, hij weigert te psychologiseren. ‘Ik hou niet van een auctoriale verteller die zijn personages tot in detail duidt. Ik ben geen Amerikaan.’ Zo schotelt Dautzenberg ons zijn dialogen voor als uit het leven gegrepen fragmenten, soms flauw, soms pikant maar altijd zonder moreel oordeel. […] De dag dat de gieren buigen is het zoveelste onorthodoxe boek van Dautzenberg, maar langzamerhand krijg je toch het idee van een heuse missie: als niemand anders het doet zal ik die opgeblazen, suggestieve Nederlandse literatuur eens een rotschop verkopen! Ik denk niet dat andere schrijvers er hevig van zullen schrikken, maar dat Dautzenberg inmiddels de noodzakelijke nar van ons letterkundig bestel is geworden, wordt met De dag dat de gieren buigen nog eens bevestigd.
Brabants Dagblad:
Dautzenberg heeft niks met conventies. Ook niet in zijn nieuwe roman De dag dat de gieren buigen. Alles wijst erop dat de Tilburgse schrijver een literaire roman lijkt te hebben geschreven, heel losjes gebaseerd op twee dik honderd jaar oude romans van Arthur van Schendel. […] De zes langere hoofdstukken waarin Dautzenberg Tamalone opvoert, vormen het hart van het boek. Maar de auteur breekt dat verhaal voortdurend open voor korte dialogen tussen twee mensen, meestal een man en een vrouw. Die zorgen voor een ongemakkelijk ritme in het boek. […] Er gaat ook een laag zwart over het verhaal waarmee Dautzenberg er vooral voor wil zorgen dat het geen roman lijkt. En zo zitten we weer met een halfbakken boek. […] Potdomme, wat als hij nu eindelijk eens een keer niet de querulant uithangt en volgens de conventies eens een heel goed boek schrijft. Het zit er echt in.
De Volkskrant (Signalementen):
Zorgeloos en gelukkig is de zwerver Tamalone in de romans van Arthur van Schendel uit het begin van de twintigste eeuw. Tamalone keert terug als blinde schrijver, die allerhande moderne dialogen opvangt en optekent in de verhalenbundel De dag dat de gieren buigen.
Woest en Ledig:
Het interessante zit bij Dautzenberg in diens oog voor wat op dit moment in de media ‘de witte boze burger’ heet, maar in werkelijkheid ‘de andere werkelijkheid’ is. […] Daarna leren we de verteller van het boek kennen, of eigenlijk de boodschapper, want het blijkt een schrijver die blind is geworden en vanwege zijn handicap heeft besloten opgevangen gesprekken weer te geven. Het draait, zou je kunnen zeggen, in dit boek om ‘het luisteren’ waar momenteel zoveel om te doen is. […] Maar het gaat ook over literatuur en de functie van de schrijver. […] Nog 145 bladzijden te gaan. Ik vermoed dat ik De dag dat de gieren buigen een goed boek ga vinden.
Humo:
Kruip in het hoofd van de blinde kluizenaar Tamalone en laat uw innerlijke luistervink de vrije loop: Tamalone dwaalt door de stad met gespitste oren, en dat levert een spitsvondig mozaïek van dialogen op. Afgeluisterde echtelijke ruzies en terrasgesprekken over Pokémon GO, she-males en architectuur vloeien ineen tot een bevreemdende analyse van mens en maatschappij. Sommige passages kunnen wat gekunsteld aandoen, maar daar zult u ons niet over horen klagen – Dautzenberg weet zijn wijsheden als geen ander fraait te verpakken.
The Post Online:
Meer ongemak sluimert in Dautzenbergs recente boek. Aanvankelijk heb je als lezer niks in de gaten, maar beetje bij beetje worden zowel het verhaal over hoofdpersoon Tamalone en tientallen losstaande dialogen betekenisvol. […] Typerend voor de afwijkende literaire vorm die Dautzenberg vaker kiest, is de constructie van het boek. Het verhaal over Tamalone wordt afgewisseld met dialogen die ogenschijnlijk niks met hem van doen hebben, maar wel de actualiteit raken of erlangs scheren. […] Zonder een duidelijk standpunt in te nemen, biedt Dautzenberg een kijkje in een tijd die bol staat van de meningen, korte lontjes, ophef en onrust. […] Allengs wordt de tegenstelling tussen Tamalones persoonlijke vrijheidsdrang en de rest van de maatschappij voelbaar: zijn eenzaamheid, innerlijke verlangens en gedachten, tegenover de gesprekken en dialogen van mensen die luidkeels een eigen waarheid creëren. […] Anton Dautzenberg staat bekend om acties waarin hij als een hedendaagse situationist waarheid en werkelijkheid te lijf gaat en tegelijk het aan mens en media klevende decorum doorprikt. Als schrijver blijkt hij een begenadigd stilist en fijnzinnig chroniqueur in een boek dat veel meer omhelst dan die ene Dag Dat De Gieren Buigen.
Dagblad van het Noorden:
Het stelt Dautzenberg in de gelegenheid iets te zeggen over schrijverschap. ‘Toen Tamalone nog publiceerde, viel hem de vormvastheid van de literatuur op. Genres. Regels. Een verhalenbundel kan geen roman zijn. En Omgekeerd. En schrijvers houden zich daar keurig aan, al eeuwen. Alleen de inhoud mag spannend zijn. Tot op bepaalde hoogte dan, want ook de moraal kijkt mee – en die neemt eveneens voorspelbare vormen aan.’ Daarmee zijn we, denk ik, aangekomen bij wat dit boek maakt tot een typische Dautzenberg, een schrijver die al zes jaar bezig is zijn lezers te wijzen op het bestaan van ‘de andere werkelijkheid’. […] Over de symboliek van de blinde schrijver valt dan ook veel te zeggen. Uitgeverij Atlas Contact spreekt op de achterflap van ‘een ode aan de scheppingskracht van de geest’. Denkend aan de demonstraties van inlevingsvermogen in dit boek en het engagement van Dautzenberg had daar ook ‘pleidooi voor aandachtig luisteren’ kunnen staan.
Frans Pollux / L1:
Ben een fan van AHJ, maar deze kostte me teveel moeite om ervan te genieten.
NRC Handelsblad:
De slotsom van al het geredekavel moet wel zijn dat wij mensen, in de doorlopende voorstelling die wij het leven noemen, nog altijd maar die ene zekerheid hebben. We kunnen hoog en laag springen, we kunnen het moment proberen te vervroegen of juist uit te stellen, maar onherroepelijk komt de dag waarop wij er niet meer zullen zijn. Dan wordt alles zwart, als wij Dautzenberg mogen geloven. ‘Zwart als de dood.’
De Limburger:
Zo, denk je als lezer, da’s flink, die durft. Dautzenberg gebruikt ook elders in deze bundel/roman over een blinde man die hoort en luistert en noteert, wat de stad hem biedt, grote woorden en zinnen op stelten. De vele fragmenten, vaak dialogen, die dit oplevert, zijn overigens soms best geestig en zelfs informatief en dus zullen er vast en zeker liefhebbers voor zijn.
Juryrapport J.M.A. Biesheuvelprijs:
Ook dit boek confronteert de lezer met de vraag wat een verhalenbundel nu eigenlijk is. Want De dag dat de gieren buigen is zorgvuldig opgebouwd uit dialogen, observaties van Pokémon-jagers en verhalen van Tamalone, een blind geworden schrijver die op zoek is naar – ja, naar wat precies? Een andere vorm van verhalen vertellen, misschien. Zo wordt de lezer meegenomen van de ene scherpe gedachte of vraag naar de andere en staat er in elk verhaal weer een ander moreel dilemma of gedachte-experiment centraal, waarmee het boek van begin tot eind boeit en prikkelt.